De Romeinen
Algemeen In 58 v.Chr. vonden de eerste militaire expedities onder leiding van Julius Caesar in Gallië plaats. Na verschillende veldslagen werden alle Keltische stammen onderworpen. Hierna vormde het noorden van wat nu de provincies Oost- en West-Vlaanderen samen met de provincie Zeeland zijn,  het noordelijk deel van de zgn. civitas Menapiorum, een bestuurlijke indeling binnen de provincie Gallia Belgica.
Schouwen lag aan de noordelijke grens en was een uithoek zodat we mogen aannemen dat Caesar hier niet is geweest, maar de invloed van de Romeinen is hier wel in de loop van de volgende eeuwen sterker geworden. Zo geeft Frans Beekman in “De kop van Schouwen onder het zand” op bijgaande kaart de veronderstelde Romeinse nederzetting aan. De Romeinen legden ook een netwerk van wegen aan om hun troepen zo snel mogelijk te verplaatsten en ook havens voor zowel militaire als handels- doeleinden.  
Rond 100 na Chr. startte de romanisering, die op het platteland maar oppervlakkig was. Landbouw op de Keltische manier- vierkante stukken- handhaafde zich.
Van grootschalige Romeinse latifundia zijn op Schouwen-Duiveland geen sporen gevonden.
De oorspronkelijke bevolking vermengde zich met immigranten en Romeinse soldaten. De aristocratie paste zich aan de Romeinse levenswijze aan en kreeg burgerrechten. Religie Van de Romeinse godenwereld noemen we: Jupiter, (oppergod van al de Romeinse goden), Mars (god van de oorlog),Venus (godin van de liefde), Mercurius (god van de handel),  Neptunus (god van de zee),  Pluto (god van de dood) en Bacchus (god van de wijn).  Op Schouwen- Duiveland zijn geen overblijfselen gevonden . Misschien zijn er  enkele Christenen geweest in het Romeinse garnizoen. (Lees verder) Een enkele Keltische god of godin werd geromaniseerd. Zo zijn in 1970 en 1971 votiefstenen opgevist van de Gallo-Romeinse godin Nehalennia- een latinisering van het Keltisch Nea…(=…..) en lynn(=moeras) ?
Votiefsteen aan de godin Nehalennia 150-250 na Chr. In de nederzetting en haven Ganuenta aan de Schelde werd de godin Nehalennia vereerd.   (Bekijk video).
Van enige cultuurcentra is geen enkel bewijs gevonden, zodat we veilig mogen aannemen dat de Keltische boerenbevolking hun eigen goden bleef aanhangen. Een enkele militaire bewakingspost bestaande uit leidinggevende Romeinen en veel huursoldaten uit allerlei windstreken moeten het beeld completeren. Omstreeks 260 begonnen echter invallen van de  Franken een bedreiging te vormen voor het Romeinse Rijk ten westen van de Rijn. Rond 290 was het gebied in hun handen en tot 358 beheersten zij stukken van wat nu Brabant en Limburg is. Vanaf 406 vielen grote groepen Germanen waaronder volgens de Nieuwe Kroniek van Zeeland de Sueven binnen en was het gedaan met de Romeinse overheersing en de Romano-Keltische cultuur.
Wat nog aan de Romeinen herinnert Op Schouwen-Duiveland zijn geen spectaculaire resten uit de Romeinse tijd gevonden. Slechts een enkele naam, wat munten, wat scherven en een enkele fibula houden de herinnering levend. Maar dat ze hier verbleven staat vast. (Lees verder)
Terug naar de Voorgeschiedenis